Toen we besloten een citytrip te boeken naar Barcelona deden we dat in eerste instantie voor de hoop op lekker zacht winterweer, cultuur en architectuur. Maar ik ben persoonlijk vaak wat huiverig over de Spaanse keuken. Ik denk dan snel aan olie, olie, olie en knoflook.
Toegegeven dat was het ook. Zeker de olie droop van de borden en de komende weken houd ik het bij salades en rijst. Maar… Ik heb ook in tijden niet zo lekker gegeten als tijdens dit weekend in Barcelona. Ik heb een aantal nieuwe lievelings-eetplekken ter wereld kunnen toevoegen aan m’n lijstje. En die worden uiteraard gedeeld.
Quimet Y Quimet
Eigenlijk waren er alleen maar hoogtepunten dit weekend en kunnen we niet kiezen. Maar zonder twijfel staat Quimet Y Quimet heel hoog bovenaan het lijstje. Je moet er even een stukje voor uit het centrum, maar dat is het helemaal waard. Quimet Y Quimet is eigenlijk een kleine wijnwinkel. Dat wil zeggen, het ieniemini winkeltje is tot aan het metershoge plafond volgepropt met wijnflessen. Maar waar je hier echt voor komt zijn de tapas. Die eet je staand – er zijn geen tafeltjes – langs de randen van de zaak of aan de bar. De tapas worden geserveerd op hele kleine bordjes en een deel ook op hele kleine sandwiches. Althans, wij vonden het meer lijken op hele kleine beschuitjes. Alle hapjes zijn koud, maar allemaal even lekker. Van vis als kabeljauwlever met kaviaar of tonijn tot foie gras met kastanje en zoete ui. En vergeet ook vooral niet de zalm met yoghurt en truffelhoning te bestellen. Dat klinkt als een gekke combi. Maar wel een waar je geen spijt van gaat krijgen.
La cava fumada
We hebben een hekel aan de term hidden gem, maar zo zou je dit restaurant wel kunnen noemen. Het is het type restaurant dat je normaal gesproken voorbij zou lopen. Verlicht met ongezellige TL-balken en geen enkele moeite om het gezellig te maken binnen. Maar vergis je niet. Hier wil je zeker even naar binnen. Je schuift hier namelijk bij de locals aan tafel en voor je het weet staan de lekkerste hapjes op tafel. Die bestel je van een klein krijtbord dat in het midden van de zaak hangt – er is geen menukaart, dus als je daar niet in de buurt zit kun je het best even een foto maken. Bestel er een biertje bij en laat de kleine bordjes maar komen. Van octopus tot worst en sardientjes van de plancha. En vergeet ook de bomba niet – een soort aardappelkroketje met gehakt met bovenop een klodder aioli en pikante saus. Die bestelde wij niet voor niets meerdere rondjes.
Lluritu
Loop van Park Guell richting de stad en beloon jezelf onderweg met een lunch bij Llurit. Hier vind je een kaart vol visgerechten, de een nog lekkerder dan de ander. De gerechten lijken allemaal vrij simpel, maar zijn stuk voor stuk net even anders en bijzonder. Vooral de Fulles de tonyina is een feest. Flinterdunne tonijn die bijna als boter op je tong smelt, aangemaakt met limoenrasp en gember. Maar zelfs het brood met tomaat is hier super lekker.
Bar el pla
Zorg dat je hier reserveert, want dit is zeker geen hidden gem. Maar als je eenmaal binnenzit snap je ook direct waarom. Toegegeven, je moet houden van natuurwijn, maar het eten is ook hier weer Spaans op z’n best. Van patatas bravas tot de suckling pig – het ene kleine bordje is nog beter dan de volgende.
Los Caracoles
Zie dit een beetje als Bouillon Chartier in Parijs, maar dan op z’n Spaans. Los Caracoles is een klassieker. Normaal gesproken hangen de kippetjes hier buiten in de etalage aan het spit – altijd een goed begin – dus we waren een beetje huiverig toen ze er niet hingen. Maar dan nog bestel je hier kip. Alhoewel, de iberico ham die wij vooraf bestelde, was al bijna het bezoek waard. Ga hier heen voor de mensen – de obers zijn traditioneel maar vriendelijk – en dus die kip. En een nieuwe favoriet: de flan met tijm-ijs.
Can Solé
Nog een echte klassieker. Maar als je in Barcelona paella wil eten – en dat wil je – ga dan naar Can Solé. Hier lopen de obers nog in witte blouse en zijn ze verder niet bijzonder aardig. Maar dat mag de pret niet drukken. Zeker niet wanneer er zo’n enorme dampende pan paella op je tafel wordt gezet.
Oviso
Niet per se de meest culinaire spot in dit rijtje, maar nog een kleine tip om een biertje te drinken. Aangezien deze bar lekker in het centrum ligt, is dit ook de perfecte plek om nog even iets te drinken voor je uiteten gaat (dat doen de Spanjaarden immers heel laat). Sowieso een tip om veel caña te bestellen van de tap, vrijwel alle biertjes die wij dronken hadden een zijdezacht schuimlaagje en een bijzonder hoog doordrinkgehalte (op eigen risico zeggen we er dus maar bij). Als snack bestel je hier trouwens de patatas bravas, die ze hier serveren in de schil.
